Differentiëren werkt

in het basisonderwijs met 6- tot 12-jarigen

Auteur:Ludo Heylen, Joos Maes & Ivan Van Gucht
Uitgeverij:Cego|LannooCampus
Plaats:Leuven
Jaar:2020
Pagina’s:148
ISBN-13:9789401467780
Prijs:€ 19,99

Differentiatie zit in het DNA van ervaringsgericht werken. Dit begrip verwijst naar de houding van de leerkracht die zich richt naar hoe kinderen de leersituatie ervaren, naar hoe ze zich voelen en naar hoe intens ze geboeid zijn door de leerinhoud.

Diverse onderzoeken tonen aan dit kinderen en leerkrachten enthousiast zijn als differentiatie op de juiste manier wordt aangebracht. Het verhoogt hun motivatie en ze hebben meer zin in leren

Hoe combineer je leersucces en welbevinden en betrokkenheid. Nu het ideeëngoed van John Hattie – helaas in stukken en brokken – ook een weg gevonden heeft naar het Vlaamse en vooral Nederlandse onderwijs, zou dit een mogelijke ondertitel van het boek kunnen zijn. Wie zijn literatuur kent, zal doorheen dit boek heel wat inhouden vanuit het op bewijs gebaseerde onderwijs de revue zien passeren. Zo komt onder andere de ‘Leerput’, zoals bekend geworden door James Nottingham, aan bod en wordt er ook verwezen naar personen zoals Carol Dweck en Dylan Wiliam. Verder vind je in dit boek ook aspecten terug van de zelfdeterminatietheorie en veel interventies die voorkomen in Hattie’s lijst van succesfactoren. Maar toch is het geen eclectisch boek geworden, geen samenschrijven van bekende namen en theorieën die moet dienen als een apologetiek van het ervaringsgericht onderwijs. De auteurs hebben de eigen-heid van ‘hun’ ervaringsgericht onderwijs, zoals we het kennen van de jaren negentig uit vorige eeuw, zorgzaam bewaard en vertaald naar de huidige onderwijscontext. Met andere woorden: hun visie is op een gezonde manier geëvolueerd. En juist dit is het belang van dit heel praktische boek: een goede en herkenbare introductie voor scholen en leerkrachten die voor het eerst kennismaken met dit gedachtegoed, een verdiepings- en evolutieboek voor scholen en leerkrachten die het al langer kennen.

De inhoud van het boek is opgehangen aan 4 grote hoofdstukken, die elk op zich een bepaald aspect van differentiëren belicht, een aspect waar men vaak niet of te weinig bij stilstaat:

  • Differentiëren werkt ervaringsgericht
  • Differentiëren werkt autonomieondersteunend
  • Differentiëren werkt verbindend
  • Differentiëren werkt competentieversterkend

In het eerste hoofdstuk, Differentiëren werkt ervaringsgericht, schetsen de auteurs de succesfactoren voor differentiëren, factoren die ze staven vanuit het wetenschappelijk onderwijs. Vooral de lezers van John Hattie die vinden dat hij te weinig aandacht besteedt aan het sociaal-emotionele en affectieve van leren – wat nooit zijn bedoeling is geweest, John Hattie beperkte zich tot succesfac-toren voor het cognitieve leersucces – zullen hier zeker aan hun trekken komen. De betrokkenheid van de leerlingen wordt hier gezien als een maat voor de groei van leerlingen, als een signaalfunctie voor de soort differentiatie die de leerlingen nodig hebben. Daarmee zijn dan meteen – vanuit de zelfdeterminatie – de volgende hoofdstukken voorbereid: deze draaien immers rond de drie peilers ervan: autonomie, competentie en verbondheid.

Deze hoofdstukken laten zich maar moeilijk in deze bespreking gieten. Ze zijn zo fundamenteel, zo essentieel én zo praktisch dat iedere poging om de inhoud samen te vatten er meteen ook onrecht aan doet. Gewoon lezen dus.

Vergeet zeker ook niet de Korte terugblik aan het einde van het boek te lezen…

Haal meer uit je toetsgegevens

Van resultaten naar groepsplan

Auteur:Willem de Vos, Denise van Schelven, Bas Oprins & Liesbeth van Beijsterveldt
Uitgeverij:Boom
Plaats: Amsterdam
Jaar:2015
Pagina’s:320
ISBN-13: 9789089536457
Prijs:€ 27,95

“Dit boek sluit aan bij wat er gevraagd wordt van scholen in het kader van passend onderwijs, waarbij je als leerkracht steeds aandacht moet hebben voor wat iedere leerling aan onderwijs en begeleiding nodig heeft om voldoende aan te sluiten bij de onderwijsbehoeften van de leerling. Het gebruik maken van informatie uit de data die je verzamelt, speelt daarbij een belangrijke rol.”

In het onderwijs worden toetsen nog te vaak gezien als unidirectionele feedback voor de leerling. Nochtans zijn de resultaten van de leerlingen een belangrijke bron van feedback voor de leerkracht over zijn manier van lesgeven, de kwaliteit van zijn instructie. Meer nog, op schoolniveau kunnen de gegevens die onder andere door toetsen verzameld worden, gebruikt worden om de kwaliteit van de leerlijnen, de didactische aanpak… te evalueren en bij te sturen. Ook al kan dat bedreigend overkomen, is het toch belangrijk om hier oog voor te hebben.

Centraal in dit boek staat de EPU-cyclus. EPU staat voor Evalueren, Plannen, Uitvoeren. Elke fase van deze cyclus heeft zijn eigen uitwerking. In de evaluatie-fase verzamel, analyseer en interpreteer je de gegevens die relevant zijn om de ontwikkeling van de leerlingen en de kwaliteit van het aangeboden onderwijs te analyseren. Dit analyseren vraagt dat je objectief naar de gegevens kijkt ze interpreteert en de besluiten neemt die zich opdringen. Die besluiten vertaal je in de volgende fase naar een plan van aanpak waarin je concrete doelen stelt, leerlingen clustert en een aanbod uitwerkt met een passende aanpak. NA de derde fase, het uitvoeren, begint de EPU-cyclus dan opnieuw.

Het boek bestaat uit drie duidelijke delen. Het eerste deel is geschreven op maat van de leerkracht die in zijn klas aan de slag wil gaan met de gegevens die hij daar voorhanden heeft. De verschillende fasen van de EPU-cyclus worden voor hem concreet uitgewerkt. Hij krijgt een stap-voor-stap-handleiding om te komen tot een groepsplan waarmee hij tegemoet kan komen aan de verschillende onderwijsbehoeften van zijn leerlingen.

Het tweede deel is geschreven voor directies en beleidsteams die hun leerkrachtenteam willen trainen in het werken met de data die ze kunnen verzamelen. Zij krijgen in dit deel een uitgewerkt trainingsprogramma aangereikt dat ze hiervoor kunnen gebruiken.

In het derde en laatste deel geven de auteurs achtergrondinformatie over het werken met de EPU-cyclus in het kader van het opbrengstgericht en data-gestuurd werken. De aandachtige Vlaamse lezer zal hier onmiddellijk merken dat het in dit boek vertelde verhaal perfect toepasbaar is in Vlaanderen, ook al verwijst het hier en daar naar typisch Nederlandse fenomenen.

Een boek dat heel goed aansluit bij het actuele thema van het op bewijs gebaseerde onderwijs. Een aanrader voor iedereen die zich wat dieper wil inwerken in het werken met data in het onderwijs.